15-07-2023

Bij zijn vorige werkgever voelde security architect Willem van den Akker zich een nummertje. Zijn overstap naar Nivo was precies wat hij nodig had. ‘Het voelt alsof we het samen doen.’

‘Ik hou van schaken. Van het vooruitdenken. Het inschatten hoe je tegenspeler reageert op jouw zet. Als ik hem schaak zet met mijn loper, hoe reageert hij daar dan op? En wat zou ík dan weer moeten doen?

In mijn werk komt het vaak voor dat ik organisaties moet overtuigen van een bepaalde werkwijze of een nieuwe technologie. En ik merk dat die schaakmanier van denken me helpt. Dat ik beter voorbereid gesprekken in ga, kan anticiperen op de argumenten van mijn gesprekspartners. Zo slaagde ik er in de jaren 90 bijvoorbeeld in om op ethernet gebaseerde techniek te introduceren bij het staalbedrijf waar ik toen werkte. Ook al was dat toen nog een betrekkelijk nieuwe technologie waar de bestuurders niet meteen enthousiast over waren. 

22 jaar werkte ik voor dat staalbedrijf. Ik heb er mogen pionieren met nieuwe technologieën en netwerken, maar op een gegeven moment was het klaar. Ik zat daar vast. Ik was ‘die netwerkspecialist’, dát was mijn rol. Maar ik wilde meer. Ik wilde me ontwikkelen. En dus werd ik consultant.

Eerst bij een groot IT-consultancybedrijf. Zó groot zelfs, dat ik een nummertje werd. Van mij werd verwacht dat ik omzet zou genereren. Mijn maandelijkse targets zou halen. Voor mij als mens was ondertussen geen enkele aandacht. De afstand tussen collega’s onderling en tussen collega’s en het management was ontzettend groot. Ik voelde me er niet thuis. En dus ging ik weg.

Ik moet toegeven: ik was een beetje sceptisch toen ik in 2015 de overstap naar Nivo maakte. Hoe zou dat zijn, werken voor zo’n betrekkelijk kleine organisatie? Maar het is precies wat ik zocht. Ook hier heb ik leuke, uitdagende projecten. En hier voel ik wél de binding met de organisatie en mijn consultancy-collega’s. Mede dankzij de uitjes en de regelmatige bijscholingsmomenten. Het voelt alsof we het samen doen.

Bij Nivo zit ik weer lekker in mijn vel. Ik mag dan erg van vooruitdenken houden, maar ik zie nu geen enkele reden voor een volgende stap in mijn carrière.’